dinsdag 29 maart 2011

Missa Solemnis: zo veel meer dan liturgie.

Het Symfonisch Orkest en Koor van de Vlaamse Opera kregen de voorbije jaren niets dan lof voor het artistieke niveau dat ze hebben bereikt. Het intensieve werk van chef dirigent Dmitri Jurowski en koorleider Yannis Pouspourikas is daar niet vreemd aan. In Beethoven’s imposante Missa Solemnis kunnen ze hun kwaliteiten opnieuw bewijzen. Het wordt meteen de eerste keer om maestro Jurowski aan het werk te horen in het Duitse repertoire. De creatie van zijn vriend, mecenas en leerling aartshertog Rudolf van Oostenrijk tot kardinaal aartsbisschop van Olmütz is voor Beethoven de aanleiding om in 1819 zijn compositie van de Missa Solemnis op de rails te zetten. Er is geen compositieopdracht, Beethoven noteert enkel dat: ‘de dag dat er een plechtige mis, door mij gecomponeerd, zal worden uitgevoerd tijdens de installatieceremonie van uwe keizerlijke hoogheid één van de glorierijkste dagen van mijn leven zal zijn’. Het wordt vlug duidelijk dat deze ‘mis’ zowel de feestelijke installatie van zijn pupil als het traditioneel concept van een jubelmis overstijgt. De compositie is verre van klaar voor de plechtige misviering in de kathedraal van Keulen op 9 maart 1820. De compositie zal vier jaar in beslag nemen en pas worden afgewerkt als Beethoven met de compositie van zijn Negende Symfonie begint.

Niettegenstaande Beethoven slechts drie belangrijke religieuze werken componeerde, namelijk het relatief kort oratorium Christus am Ölberge, Mis in C en Missa Solemnis, is hij zijn ganse loopbaan gefascineerd door kerkmuziek. Hij doet intens research naar wat voor hem de ware kerkelijke stijl is: de Palestrina traditie. Tezelfdertijd is hij ervan overtuigd dat deze stijl definitief tot het verleden behoort en niet terug tot leven kan worden geroepen. Hij zoekt koortsachtig naar nieuwe vormen voor een nieuwe religie. Beethoven analyseert de misteksten, noteert interpretaties en raakt van langsom meer gefascineerd door het materiaal. De nieuwe, humane betekenis die deze Latijnse mistekst voor hem krijgt laat hem niet meer los. Gaandeweg verwijdert bij Beethoven de betekenis van de misteksten zich van de liturgie en krijgen ze een rijkere dimensie, een nieuwe betekenis.

De Missa Solemnis van Beethoven kunnen we als het scharniermoment noteren waarop in de westerse cultuur de kunsten en de religie elk hun eigen weg gaan. De eeuwenlange twee eenheid waarin talloze meesterwerken zijn ontstaan is niet meer. Beethoven laat in zijn mis niet langer de stem van het sacrale, het goddelijke klinken maar deze van de mens. Het is een emotioneel betrokken Beethoven die het woord voert. Zijn boodschap is hoogst persoonlijk en humaan. Langzaam maar zeker wordt zijn discours persoonlijker, emotioneler en expressiever, komt het met andere woorden in de buurt van de Romantiek. Hij creëert een soort innerlijke religiositeit die nog weinig te maken heeft met een conventionele misviering in de kerk. De bezetting is navenant: volledig symfonisch orkest, vierdelig koor en vier solisten.

De verwijdering van de traditionele liturgie voltrekt zich systematisch van het Kyrie naar het Agnus Dei. Het begin van de mis met het Kyrie is nog vrij traditioneel en geïnspireerd door de traditionele kerkgezangen. De muziek staat zeer dicht bij het ritme, de klemtonen en de intonatie van de tekst. Muziek en tekst zijn zeer nauw gelinkt. De tekst zorgt voor de organische eenheid van het werk. In het Gloria schildert de muziek de inhoud van de tekst met expressieve, contrasterende blokken muziek. Het Credo is diametraal het tegenovergestelde van het Gloria. Het is een opeenvolging van sonore beelden, expressieve tekens die allemaal op zichzelf staan in een poging om een directe expressie te vinden. Uiting van vrije expressiviteit die niet langer aan regels is gebonden. De mens Beethoven wil zich meten met het hogere. Het Sanctus daarentegen is dan weer introvert en mediterend. Dit deel is doordrongen van hoop en optimisme. Het gaat crescendo naar gevoelens van vrede, sereniteit en waardigheid. Het laatste deel Agnus Dei is een gebed voor vrede, voor ‘innerlijke en wereldse vrede’ schrijft Beethoven. Dit gebed wordt even onderbroken door oorlogsgewoel. Slagwerk en trompetten spelen een meedogenloze mars. De solisten reageren met een passievol gebed voor vrede. Deze muzikale confrontatie van angst en oorlog versus vrede en rust eindigt in aangehouden sereniteit.

Dmitri Jurowski, kersvers Chef-Dirigent van de Vlaamse Opera, dirigeert het Symfonisch Orkest en Koor van de Vlaamse Opera in deze indrukwekkende partituur. Vier eersterangs zangers vertolken de solopartijen. De sopraanpartij wordt vertolkt door Marion Ammann, waarvan Opernwelt recent schreef dat ze zich met haar roldebuut (Arabella) in de rij van de grootste vertolksters had gezongen. De Duitse Tanja Ariane Baumgartner, deze zomer te gast op de Salzburger Festspiele, zingt de mezzopartij. Michael Spyres die iedereen zich nog herinnert als de schitterende Candide in de gelijknamige productie van vorig seizoen, neemt de tenorpartij voor zijn rekening. Werner Van Mechelen die zijn sporen verdiende op alle grote concertpodia vertolkt de baritonpartij.

Praktisch:

Ludwig van Beethoven (1770 – 1827)
Missa Solemnis, opus 123
Muzikale leiding Dmitri Jurowski
Koorleiding Yannis Pouspourikas
Sopraan Marion Ammann
Mezzosopraan Tanja Ariane Baumgartner
Tenor Michael Spyres
Bas Werner Van Mechelen
Symfonisch Orkest van de Vlaamse Opera
Koor van de Vlaamse Opera

Muziekcentrum De Bijloke Gent 22 april | 20.00 u
deSingel Antwerpen 23 april | 20.00 u
Kaarten €10 - €45 | 070 22 02 02 www.vlaamseopera.be